Waarom je bekkenstand bepalend is voor je hele houding
In dit artikel laat ik zien hoe de bekkenstand werkt, waarom dit gebied zo gevoelig is voor verstoring en hoe een verkeerde stand klachten door het hele lichaam veroorzaakt. Je leert ook wat jij zelf kunt doen en wanneer behandeling nodig is.
Wat is de bekkenstand?
Het bekken bestaat uit drie botstukken: het heiligbeen en de twee darmbeenderen. Deze vormen een stevige ring die de wervelkolom verbindt met de benen. Het bekken kan kantelen. Deze beweging heet anteversie (kantelen naar voren) en retroversie (kantelen naar achter). De stand van het bekken bepaalt direct de kromming van de onderrug.
De natuurlijke positie is een lichte voorwaartse kanteling. Dan staat de onderrug in een zachte holling. De wervelkolom is stabiel, de spieren werken samen en de schijven krijgen een evenwichtige verdeling van druk.
Wanneer het bekken te ver kantelt, verandert alles:
– te veel voorwaartse kanteling → holle onderrug
– te veel achterwaartse kanteling → platte onderrug
Beide patronen hebben effect op de hele houding.
Waarom de bekkenstand zo belangrijk is
Het bekken beïnvloedt elke beweging van de wervelkolom.
Een neutraal bekken geeft:
– een natuurlijke holling in de onderrug
– ruimte voor de schijf om goed te bewegen
– ontspannen spieren in de onderrug
– een stabiel fundament voor de romp
– balans tussen buik- en rugspieren
Een scheve of veranderde bekkenstand geeft:
– meer spanning in de onderrug
– een stijvere bovenrug
– een minder stabiele romp
– meer belasting op de nek
– verandering van schouderstand
– veranderde druk op heupen en SI-gewricht
Het bekken is dus de schakel die bepaalt hoe de rest van je lichaam beweegt.
Wat gebeurt er bij een te holle onderrug?
Een holle onderrug ontstaat wanneer het bekken te ver naar voren kantelt.
Dit geeft:
– extra druk op de facetgewrichten
– verkorting van spieren in de onderrug
– rek op de buikspieren
– meer spanning in heupbuigers
– minder ruimte voor de tussenwervelschijven
Je rug voelt snel moe of zwaar. Je voelt vaak een stijve onderrug bij staan, lopen of lang zitten. De bovenrug moet compenseren door iets te bollen. De nek schuift naar voren.
Dit patroon zie je vaak bij veel staand werk, sporters met sterke heupbuigers, mensen met veel spanning in de onderrug, zittend werk met holle rug en langdurig autorijden. Het systeem raakt uit balans.
Wat gebeurt er bij een platte onderrug?
Een platte onderrug ontstaat wanneer het bekken te ver naar achter kantelt.
Dit geeft:
– minder schijfhydratatie
– meer rek op de wervelbanden
– meer druk op de achterzijde van de schijf
– meer kans op hernia-achtige pijn
– stijve bilspieren
– minder diepe rompspanning
Een platte onderrug kan stijf, kwetsbaar of instabiel aanvoelen. Het voelt zwaar bij bukken of bij opstaan uit een stoel. De bovenrug buigt vaak mee. Het hoofd komt naar voren om balans te houden.
Dit patroon zie je vaak bij langdurig zitten, mensen die veel inzakken, vermoeidheid, pijnvermijdend gedrag en zwakke bilspieren. Ook dit patroon verhoogt de belasting op andere delen van de wervelkolom.

De bekkenstand en de bovenrug
Wanneer het bekken kantelt, verandert de hele houding bovenin.
Te hol bekken → bovenrug bolt
Te plat bekken → bovenrug verstijft
De bovenrug moet altijd compenseren. Wanneer de bovenrug verandert, moeten de nek en schouders dat ook.
Dit geeft klachten zoals spanning tussen schouderbladen, nekpijn, moeite met rechtop zitten, hoofdpijn door houding en stijfheid in schouders. De keten begint vaak in het bekken, maar eindigt in de nek.
De bekkenstand en de nek
De stand van het bekken beïnvloedt hoe je hoofd boven je lichaam staat.
Te hol bekken → hoofd komt te ver naar voren
Te plat bekken → nek wordt stijf en moet te veel corrigeren
Het hoofd verschuift snel enkele centimeters naar voren bij een verkeerde bekkenstand. Voor de nek betekent dat meer belasting, meer spierspanning, vermoeidheid, trekkende pijn, kans op hoofdpijn en meer kans op uitstralende klachten. Je nek is afhankelijk van het bekken, ook al voel je dat niet direct.
Waarom de bekkenstand snel verandert
Veel factoren beïnvloeden de stand van het bekken:
Zitten: Bij langdurig zitten kantelt het bekken meestal naar achter.
Staan: Bij langdurig staan kantelt het bekken soms naar voren.
Stress: Spanning verhoogt de spierspanning in onderrug en buik.
Slechte rompspanning: Een zwakke core laat het bekken inzakken of kantelen.
Sterke heupbuigers: Vergroten de kans op een holle onderrug.
Stijve bilspieren: Trekt het bekken naar achter.
Zwangerschap: Verandert de stand van bekken en onderrug.
Sport: Sporten zoals hardlopen of fietsen veranderen belasting en stand.
Het bekken reageert op alles wat je doet.

De rol van het SI-gewricht
Het SI-gewricht verbindt het bekken met het heiligbeen. Dit gewricht moet klein maar soepel bewegen. Wanneer het SI-gewricht vastzit of geïrriteerd raakt, kan het bekken moeilijker kantelen. Het lichaam compenseert dan met extra beweging in de onderrug. Dit geeft lokale stekende pijn, stijfheid bij opstaan, uitstralende pijn naar bil of lies, moeite met bukken en een instabiel gevoel bij lopen. Het SI-gewricht is nauw verbonden met de bekkenstand.
Hoe chiropractie de bekkenstand verbetert
Chiropractie richt zich op de beweging van wervels en gewrichten. Door segmentale beweging terug te brengen, wordt het bekken weer vrijer.
Chiropractie kan:
De SI-gewrichten mobiliseren: Dit verbetert kantelbewegingen.
Segmenten in de onderrug vrijmaken: Dit vermindert compensatie en spanning.
De middenrug soepeler maken: Dit verbetert de houding boven het bekken.
Spanning in heupbuigers en bilspieren verminderen: Dit geeft balans.
De diepe stabiliteit verbeteren: Het zenuwstelsel reageert beter op houding.
Veel mensen merken na behandeling dat ze vanzelf rechter staan zonder moeite.
Wat jij zelf kunt doen
Je kunt je bekkenstand verbeteren door kleine gewoonten.
Wissel regelmatig van houding: Variatie houdt het bekken in beweging.
Sta niet met één heup uitgezakt: Dit trekt het bekken scheef.
Gebruik lichte rompspanning: Actieve buikspieren ondersteunen het bekken.
Beweeg de heupen dagelijks: Rotatie, buigen en strekken.
Maak de bilspieren actief: Sterke bilspieren stabiliseren de bekkenstand.
Zit niet te lang achterover: Dit kantelt het bekken naar achter.
Deze gewoonten maken het bekken stabieler en vrijer.

Conclusie
De bekkenstand bepaalt hoe je hele wervelkolom functioneert. Wanneer het bekken te ver kantelt of vastzit, raakt de balans in de wervelkolom verstoord. De onderrug, bovenrug en nek moeten compenseren. Dit geeft klachten op meerdere plekken die vaak verkeerd worden geïnterpreteerd. Een neutrale bekkenstand maakt je houding lichter, je bewegingen soepeler en je rug stabieler. Chiropractie helpt door het bekken en de lage rug vrij te maken, zodat de keten weer in balans komt.
❓ FAQ – Bekkenstand en houding
Omdat het reageert op zitten, staan, stress en spierspanning.
Ja. De nek moet compenseren wanneer het bekken niet goed staat.
Het geeft minder stabiliteit en kan klachten veroorzaken, vooral bij bukken.
Nee. Het gaat om variatie en natuurlijke beweging, niet om forceren.
Door SI-gewrichten en lage rugsegmenten vrij te maken en de keten te herstellen.

MoveWell Zeist
Het is onze missie om u goed te laten bewegen zonder klachten. Move well, feel better!
